‘Nederland is zo slecht nog niet, je moet de kansen zien’, zegt de jonge boer uit Salland

Harold Overmars in zijn stal: „Als ik de vrijheid om te ondernemen hier niet voelde, dan was ik allang weg geweest.”

Foto Eric Brinkhorst

Interview

Harold Overmars | jonge melkveehouder Voor donderdag zijn er weer boerenprotesten aangekondigd, terwijl de Kamer spreekt over het mislukte Landbouwakkoord. Harold Overmars blijft thuis. „Ik heb veel werk in te halen.”

Wie wil er nog boer worden? In een land dat wordt verscheurd door twisten over de landbouw? En waar vorige week tot overmaat van ramp ook nog eens het Landbouwakkoord werd afgeblazen?

Harold Overmars (27) uit het Overijsselse Broekland wil wel. „Wat is er nou mooier dan met je trekker het gras maaien op exact het juiste moment, voor het beste voer voor de koeien, genietend van het zonnetje, met een radiootje aan en een koe die net een kalfje heeft gekregen? Het boerenleven is ontzettend gevarieerd. Ik zeg weleens tegen m’n kameraden: ik ben chef-kok, verpleegkundige, verloskundige, jurist, boekhouder en monteur.”

Operationeel directeur

Overmars is min of meer operationeel directeur op het melkveebedrijf van zijn vader, en heeft vergevorderde plannen om het, samen met enkele van zijn vier broers en zijn zus, over te nemen en uit te breiden met een akkerbouwbedrijf.

Inderdaad wordt in Nederland veel gediscussieerd over de landbouw. Maar: „Nederland is zo slecht nog niet”, vertelt hij, op het gazon van het boerenerf in Salland. „Ik ben tijdens mijn opleiding vaak in het buitenland geweest en daar hebben boeren het ook niet allemaal supergoed voor elkaar. Je moet in Nederland de kansen zien.”

Ik wil altijd het maximale uit mezelf halen en dat kan in Nederland

Wat er zo aantrekkelijk is aan Nederland? „Het gaat erom dat je gelukkig wordt. Naast de nabijheid van familie en vrienden heb je als boer best goede klimaat- en weersomstandigheden. Redelijk goede grond. Goede infrastructuur. Als iets kapot is, staan hier binnen drie kwartier monteurs. Als een koe een keizersnee moet krijgen, staat de dierenarts hier binnen twintig minuten. Dat duurt in het buitenland gerust een uur. Ik wil altijd het maximale uit mezelf halen en dat kan in Nederland. Als ik de vrijheid om te ondernemen hier niet voelde, dan was ik allang weg geweest.”

En wordt hij niet tureluurs van alle regeltjes, waarover de boeren zo vaak klagen? „Dat is nu eenmaal het politieke klimaat. Als ondernemer moet je hiermee om weten te gaan en van je laten horen als je de logica hierin mist.”

Sinds een week kan Overmars weer volop meewerken in het familiebedrijf even buiten Broekland. „Ik kan weer fulltime boer zijn.” Bijna een half jaar lang was hij gemiddeld vier dagen per week aan het overleggen over het Landbouwakkoord, vaak in Den Haag. Overmars maakte als bestuurslid van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) deel uit van de delegatie van deze achtduizend leden tellende vereniging voor jonge boeren. „Ik ben bij de club gekomen naar aanleiding van de eerste manifestaties van boeren op het Malieveld. Toen voelde ik leven in de brouwerij. Het moment waarop ik dacht: ik ga ervoor, ik wil in Nederland boer worden en niet alleen maar bezorgd zijn aan de keukentafel maar ook zelf zeggenschap hebben.”

Lees ook: Hoe moet het verder nu het Landbouwakkoord van tafel is?

Dat het Landbouwakkoord klapte, is „erg jammer”, zegt Harold Overmars. „Als jonge boer werk je graag aan je eigen toekomst en dat kan nu niet goed, de bal ligt bij het kabinet. De dag na het klappen had ik een kater. Maar het is de realiteit. Als mensen zich er niet in kunnen vinden, dan heb je je daartoe te verhouden.”

Zelf waren de jonge boeren nog wel te porren voor verdere onderhandelingen, al waren er nog wel „enkele punten” die moesten worden geregeld. „We waren al een heel eind, maar het was nog niet af.”

Hij noemt de voorgestelde „afroming” van productierechten, dat wil zeggen dat de overheid een kwart van de rechten afneemt van wie bijvoorbeeld de rechten om koeien te houden wil overnemen van een andere melkveehouder, zodat er minder vee komt. „Daardoor krijg je een scheefgroei tussen vraag en aanbod. De prijzen van die rechten worden dan erg hoog. Die prijs is voor jonge boeren dan niet meer te betalen.”

Ander punt: de grondgebondenheid, dat wil zeggen de hoeveelheid grasland waarover een melkveehouder moet beschikken om een koe te mogen houden. „Daar was nog helemaal geen consensus over.” Ook was er nog niets afgesproken over het legaliseren van stikstof uitstotende bedrijven die niet beschikken over een natuurvergunning.

De boerderij in Broekland met een oude en nieuwe stal. Harold Overmars, een jonge melkveehouder, wil het bedrijf, samen met familieleden, overnemen.
Foto Eric Brinkhorst

Verdienmodel

Wat Overmars niet als struikelblok bij de onderhandelingen noemt, is de onzekerheid die boeren voelen over hun verdienmodel in een samenleving die eist dat er duurzamer en daardoor duurder moet worden geproduceerd. Hoe garandeer je dat consumenten voldoende voor die producten betalen, en dat ook het buitenland aan zo’n systeem meedoet?

Overmars: „Bij die plannen zagen wij dat andere partijen zoals de supermarkten samen met ons die beweging best wilden maken. Die beweging kun je niet helemaal vast leggen. Ik had daar wel vertrouwen in.”

Wat het Landbouwakkoord had moeten voortbrengen, denkt de jonge boer, is een „beweging” van overheden, bedrijven, boeren en samenleving gezamenlijk. „Zonder dat wij daarbij aan het onmogelijke gehouden zouden worden. Als een markt of overheid niet levert wat het zou moeten leveren, mag er niet van de boer verwacht worden dat hij zijn doelen voor verduurzaming haalt.”

Wat zijn de gevolgen van het ontbreken van een akkoord? Overmars: „Je weet niet precies wat de overheid van je vraagt. Geld lenen is nu een stuk lastiger. En je weet niet welke middelen de overheid heeft om ons te helpen investeren. Kijk, het is best een grote sprong om een bedrijf over te nemen. Je wilt niet na een paar maanden ineens voor verrassingen komen te staan. Zonder dit akkoord is het moeilijker een bedrijf over te nemen. Heel veel jonge boeren en tuinders willen uit de startblokken schieten. Dat enthousiasme is nu getemperd. Dus als het kabinet straks met een eigen visie komt, dan hoop ik dat het komt met een goed perspectief voor de landbouw.”

Is Overmars van plan donderdag weer woedend met een trekker naar Den Haag op te stomen, zoals de harde actievoerders? Die dag debatteert de Tweede Kamer over het mislukte Landbouwakkoord. „Ik blijf donderdag thuis”, zegt hij. „Eerdere protestacties hebben laten zien met welke problemen boeren kampen. Dat was goed. Maar donderdag? Ik heb thuis veel werk in te halen.”

Hij glimlacht. „Mijn broertje uit Canada is trouwens deze week een paar dagen thuis. Daar wil ik wel bij zijn.”